De panda kauwt de hele dag door op bamboe. Hij wordt niet voor niks ook wel bamboebeer genoemd. De panda was vroeger een echte vleeseter, maar eet nu alleen maar bamboe. Waarom de panda alleen maar bamboe eet, is omdat bamboe het hele jaar door te vinden is.
Vleeseters
Wist je dat de panda vroeger vooral vlees at? De panda is een roofdier, ook wel carnivoor genoemd. Carnivoren eten voornamelijk vlees. Hoewel de panda een stukje vlees op zijn tijd niet afslaat, eet hij voornamelijk bamboe. Dat is opmerkelijk, want de voorouders van de panda waren vleeseters.
Het spijsverteringsstelsel van het dier is dus gebouwd om vlees te verwerken en kan eigenlijk maar weinig met een gras als bamboe. Waar dat op neerkomt, is dat een panda zo’n tien tot twaalf uur per dag moet eten om genoeg voedingsstoffen en energie binnen te krijgen.
Bijna alleen maar planten
Waarom eet hij nu bijna alleen maar planten? Dat weten we niet zeker. Het kan zo zijn geweest dat er in een periode niet zoveel dieren rond liepen, die de panda op dat moment at. Dit gaat over miljoenen jaren geleden. Toch moest de panda eten. In de natuur is er het hele jaar door veel bamboe te vinden. Misschien waren er toen, lang geleden, wel reuzenpanda’s die bamboe konden eten en het ook een beetje konden verteren. En zijn daardoor panda’s meer bamboe en ander plantaardig voedsel gaan eten.
Poepend de dag door
Een beetje vies is het wel, maar de panda poept de hele dag erg veel. Hij kan bamboe namelijk moeilijk verwerken. Een groot deel van de gegeten bamboe wordt gewoon weer uitgepoept. Planteneters zoals koeien hebben een speciale maag en een lang darmkanaal om taai plantaardige voedsel, zoals gras, te kunnen afbreken. Een panda heeft dat niet. De panda moet heel veel bamboe eten om toch genoeg voedingsstoffen binnen te krijgen. Het is dus eigenlijk best gek dat de panda zoveel bamboe eet.
Langzaam veranderd
Door de jaren heen is de panda veranderd. Hij kreeg stevigere kaken waarmee hij bamboe goed kan bijten en kauwen. Ook zijn gebit is steeds meer aangepast aan het kauwen van harde bamboe in plaats van vlees. De panda heeft een speciale zesde vinger ontwikkeld, waardoor hij de bamboe makkelijker vast kan pakken.
Door hun speciale gebit en hun zesde vinger en het feit dat er veel bamboe in hun omgeving was, zijn panda’s langzaam veranderd in de bamboe-eters zoals wij ze nu kennen.
